
Op controle
In januari was ik op een controlebezoek in het UMC. Dit moment betekende: 2 jaar kankervrij! Haast ongemerkt heb ik dit voorbij laten gaan, ik had het niemand verteld. Controle is zo ‘gewoon’ geworden. Voor ik het weet zijn er 3 maanden voorbij en zit ik weer bij de oncologisch gynaecoloog of radioloog. Maar het is best een vermelding waard. Wat een mijlpaal eigenlijk: alweer dik 2 jaar kankervrij!!
Op de weg terug in de auto zei ik tegen Bert: “Het lijkt echt een slechte film die ik gekeken heb, alsof het niet echt is, totdat ik mezelf toesta het te voelen.” Dan mag kanker weer een plek in mijn leven hebben en merk ik ook hoeveel minder angst er is.
Iets meer dan twee geleden had ik net mijn behandelingen erop zitten en begonnen de controles. In januari 2018 bleek ik kankervrij. Maar mijn lichaam voelde kapot en moe, onvruchtbaar. Definitief geen tweede (levend!) kind. Mentaal functioneerde ik ‘niet’, ik kon me niet concentreren, mijn geheugen een zeef. Emotioneel, tja, op de bodem van de put zal ik maar zeggen. En wat kanker (herhaalde miskramen, het verlies van een kind en mislukte IVF/PGD pogingen; secundaire kinderloosheid) met je relatie doet, dat is ook niet mis.
KAK – kanker als katalysator
Hoe anders zit ik er nu bij. Hoe blij ben ik dat ik dit hier nu kan delen. Dat er leven bestaat na kanker. Dat het mooier kan worden, mooier is voor mij.
Kanker was voor mij de katalysator van bewustwording en groei. Om ja te zeggen tegen mijzelf, omdat ik mezelf dat gun. Het opent langzaam mijn hart, waardoor ik weer adem durf te halen. Ja, het vraagt liefdevolle discipline om hier te komen, maar het is zeker de moeite waard! Het vroeg van mij Zijnsgeoriënteerd werk, meditatie en yoga een plaats in mijn dagelijks leven te geven. Het bracht me al zoveel dat het ondertussen geen discipline meer is, maar een liefdevolle commitment aan mezelf.
Ik kan je zeggen, een gevoel van dankbaarheid en vertrouwen is zoveel fijner dan een leven vol angst! En als de angst er wel is, dan mag dat, maar het neemt me niet meer over. Als alles bestaansrecht heeft, bevrijdt dat van beklemming.
Pijn toestaan schept ruimte
Ik ga dus regelmatig naar het UMC. Op controle gaan helpt mij een extra pas op de plaats te maken. Een extra keer stilstaan. Dan kom ik in contact kom met wat er leeft in mij. Welke delen er zijn die mijn aandacht nodig hebben. Dan voel ik dat ik het liefst niks meer met kanker te maken wil hebben, maar ook dat ik er graag over wil vertellen, zoals nu. Dan sta ik toe dat mijn overprikkelde kop gewoon overprikkeld mag zijn en dat ik dan even mag rusten. Maar ook dat ik ernaar verlang om me vrij, kalm en energiek te voelen. Dan huil ik om dat lichaam dat zoveel te verduren had, veel te vroeg in de overgang kwam en huil ik ook omdat ik eindelijk meer thuis ben in mijn lichaam! Dan voel ik dankbaarheid, liefde en kracht. Er hoeft niets meer weg als ik door de weerstand durf heen te gaan. Er ontstaat ruimte in mijn borstkas. Er komt een positieve spanning in mijn buik, een zin om dingen te doen. Om mezelf te laten zien, door bijvoorbeeld deze blog te schrijven. Dan voel ik: ja! Dan begin ik er, met of zonder controles, op te vertrouwen dat de rust in mij er altijd is.